Category: Uncategorized


Nieuw boek: Hoe makkelijk kun je het maken?

Eind mei verschijnt een nieuw boek van Jasper van Kuijk: ‘Hoe makkelijk kun je het maken?’. In dit toegankelijke en lichtvoetige boek leert Jasper je de allerbeste methode om producten, diensten en systemen te ontwikkelen waar iedereen mee uit de voeten kan. Het boek is als het ware een positief antwoord op zijn ‘Hoe moeilijk kan het zijn?’-columns in de Volkskrant, waarin hij denkfouten in hedendaags ontwerpen fileert: hoe dan wél?

Iedereen heeft te maken met onbegrijpelijke apps, bizar ingewikkelde apparaten of frustrerende it-systemen. Slechte ontwerpen schieten hun doel voorbij en kunnen zelfs mensen buitensluiten.

Wat nou als we onze producten, diensten en systemen zo kunnen ontwerpen dat mensen ze wél kunnen en willen gebruiken? Het goede nieuws is: zo’n manier van werken bestaat. Gebruiksgericht ontwerpen is een aanpak die is ontwikkeld in de ontwerp- en interactiewereld, maar die ook daarbuiten veel waarde heeft. Dus niet alleen voor het ontwerpen van interfaces en producten, maar voor alles waar we de wereld om ons heen mee vullen, van lesmateriaal tot behandelprocedures.

In Hoe makkelijk kun je het maken? laat Jasper van Kuijk je op toegankelijke en lichtvoetige wijze kennismaken met de principes, het proces en de praktijk van gebruiksgericht ontwerpen. Of je nu wel of niet ‘ontwerper’ in je functieomschrijving hebt staan, met dit boek leer je om zo te ontwerpen dat je het leven van klanten, burgers, leerlingen, cliënten, patiënten, medewerkers en andere mensachtigen beter, leuker en makkelijker maakt.

‘Hoe makkelijk kun je het maken verschijnt bij Business Contact. Je kunt het boek nu al voorbestellen bij de uitgever of bij online boekhandels als Bol.com, Libris, Bruna, Managementboek, etc.

Terug naar Zweden

We gaan terug naar Zweden. Het blijft toch te veel trekken. Het afgelopen anderhalf jaar hebben we – mijn vrouw en ik – er vaak en diep over nagedacht, en de conclusie is: we willen daar zijn. Het is niet zo dat ons leven hier in Nederland niet goed of niet fijn is. En als je me vóór het jaar dat we eerder in Zweden doorbrachten had verteld dat ik er ‘voor vast’ heen zou gaan verhuizen, dan had ik je voor gek verklaard. Ons rijke leven hier: de fijne school, een heerlijk huis in Delft, uitdagend werk als cabaretier, columnist en ontwerponderzoeker, familie en vrienden. Waarom zouden we weggaan? Maar als je vraagt ‘Waar willen jullie zijn?’, dan is dat daar, in dat kleine dorpje in Zweden.

Het lijkt soms wel alsof de lezers van mijn columns in de Volkskrant en volgers op ‘de socials’ eerder door hadden hoe goed we daar pasten, dan wij zelf. ‘Jullie komen vast nooit meer terug naar Nederland,’ schreven velen. We lachten het weg en we kwamen wel terug. Maar gaan dus uiteindelijk ook weer terug-terug. Als je wilt lezen waarom, over hoe we het daar hadden, en wat ons daaraan aansprak (maar ook wat lastig was), dan kun je dat teruglezen in mijn boek Bonusland.

Het is niet zozeer dat we hier weg willen, als wel dat we daarheen willen. De fysieke plek daar op het platteland, de manier van leven, maar ook de cultuur en de mensen. Wat ook trekt is om het leven een andere draai te geven, en je onder te dompelen in een maatschappij die je nog niet zo goed kent, die je nog uit moet vogelen. De taal, de cultuur, hoe het dagelijks leven werkt. Het is eigenlijk ook wel eens fijn om dingen níet te weten. Het leven in Zweden is een puzzel die ik nog nooit heb gelegd, waarvan ik zelfs niet precies weet wat erop staat. Ik ben nu 45, een mooi punt om nog eens een keer echt een andere afslag te nemen.

We hebben een huis gekocht in het dorpje in de buurt van Karlstad waar we eerder een jaar doorbrachten, hemelsbreed nog geen kilometer van het huis dat we twee jaar geleden huurden. De jongens gaan terug naar dezelfde plattelandsschool, de plattelandswinkel (‘lanthandel’) ligt nog steeds om de hoek. Komende zomer verhuizen we. Onze drie jongens – inmiddels Zes, Acht en Tien – vinden het leuk om te gaan, maar natuurlijk ook spannend. En wat verdrietig. Weggaan uit het huis waar ze zijn opgegroeid. Weg bij familie en vrienden. Bij wie en wat we zo goed kennen. Net zoals mijn vrouw en ik dat voelen dus eigenlijk.

Hoe ik mijn professionele leven in Zweden ga invullen, dat ben ik nu aan het verkennen. Daarheen verhuizen betekent in ieder geval dat ik stop als cabaretier. Ik heb hier in Nederland een fijn eigen publiek opgebouwd, maar dat laat zich lastig meenemen naar Zweden. Ook heb ik nu zo’n vijftien jaar solocabaret gecombineerd met columns en boeken schrijven en met onderzoek doen naar ontwerpen en innovatie. Ik heb vijf cabaretvoorstellingen gemaakt, een serie waar ik met trots op terugkijk. Inclusief de huidige, die de achteraf voorspellende titel ‘Tot Hier en Niet Verder’ heeft, waarin veel op z’n plek valt en die fijne kritieken kreeg. Ik rond daarmee mijn werk als cabaretier op een mooie manier af. Het voelt goed, rond. En ja, ik voel weemoed, maar heb ook wel zin om wat meer focus aan te brengen qua werk. Ik zal – zo denk ik nu – wat minder verschillende dingen gaan doen, en daardoor meer tijd en aandacht kunnen geven aan dat wat ik doe. Ik wil in ieder geval blijven schrijven en verken momenteel de mogelijkheden om in Zweden meer te gaan doen als ontwerponderzoeker, zoals ik dat nu al doe bij de faculteit Industrieel Ontwerpen van de TU Delft. Ik blijf zeker ook columns en boeken schrijven, en ontwerpen uitleggen en onder de aandacht brengen van een groter publiek.

Maar voor we van de zomer vertrekken ga ik genieten van de tijd die ons nog rest in Nederland. Ik merk dat, nu ik weet dat we naar Zweden gaan, ik al met andere ogen kijk. Optreden vond ik altijd al heerlijk, maar ik geniet nu nog intenser van het spelen van ‘Tot Hier en Niet Verder’, dat onder andere gaat over mijn tijd in Zweden en omgaan met verandering. De speellijst tot aan de zomer vind je hier. En volgend theaterseizoen kom ik vanuit Zweden nog drie keer een week terug naar Nederland voor een allerlaatste repriseseizoen, onder andere 4 oktober in Wijchen en 22 oktober in Haarlem. Op vrijdag 21 oktober is er een afscheidsoptreden in/van mijn thuisstad Delft, en mijn aller- allerlaatste, zal zijn op maandag 14 november in Diligentia in Den Haag.

‘Gaan jullie voor altijd?’, vroegen familie en vrienden toen we vertelden dat we gaan verhuizen. Dat weten we niet. In ieder geval is het met een open einde. Voorlopig voor altijd. Daarna zien we wel weer.

Luisterboek Bonusland nu beschikbaar

Het boek Bonusland, over het jaar dat Jasper met zijn gezin doorbracht op het Zweedse platteland, is nu ook beschikbaar als luisterboek. En als mooie bonus bij Bonusland leest Jasper het zelf voor. Bonusland is onder andere te beluisteren bij Storytel en te koop via Luisterrijk en Bol.com. Bij Storytel kun je twee weken gratis proefluisteren.

Bonusland Playlist

Dinsdag 22 juni verschijnt mijn boek Bonusland. Ter gelegenheid daarvan heb ik een Spotify Playlist samengesteld met nummers die voorkomen in het boek en die in ons jaar in Zweden vaak langskwamen. Zweedse nummers die we van tevoren al luisterden, nummers waar we daar kennis mee maakten en verliefd op werden, uiteraard kerstnummers en liedjes uit de Zweedse voorronden van het Songfestival, Melodifestivalen. En nummers die ons terug laten verlangen. Lees hieronder een toelichting bij de playlist.

> Luister hier de Bonusland Playlist op Spotify.

Bestel het boek hier

1. Ingen vill veta var du köpt din tröja – Raymond & Maria
‘Niemand wil weten waar jij je trui hebt gekocht’ – Dit tragivrolijke nummer was in 2004 een zomerhit in Zweden. Geen van de leden van de band heet Raymond, wel eentje Maria. De bandnaam komt van een swingersclub in Stockholm. Wij hebben dit nummer gebruikt als soundtrack onder onze ‘trailer’ voor Camping Van Kuijk (p. 172) die we als uitnodiging aan vrienden stuurden.

2. Kärleken Väntar – Kent
‘De liefde wacht’ – Een van de grootste hits van Kent, een van de bekendste bands van Zweden tot ze een aantal jaar geleden stopten (p.90).

3. Levels – Avicii
Van de te vroeg overleden Tim Bergling hadden onze jongens al voor we naar Zweden gingen een aantal nummers op hun playlist staan. Kwam regelmatig langs tijdens de reis naar Zweden, maar ook tijdens lange autoritten in Zweden zelf. Tijdens de korte ook trouwens.

4. Sommar i Sverige – Sven-Ingvars
‘Zomer in Zweden’ – Sven-Ingvars is een legendarische pop-rock-folkband uit de provincie Värmland, waar wij woonden. Ze worden daar gekoesterd als muzikale helden. De band werd opgericht in 1956, dus inmiddels zijn de mannen redelijke rockfossielen, maar zeg dat in Värmland nooit hardop. Kom níet aan Sven-Ingvars.

Boek Bonusland verschijnt 22 juni

22 juni aanstaande verschijnt Bonusland bij uitgeverij Querido. Je kunt nu alvast een exemplaar bestellen bij boekhandel Paagman en kunt dan aangeven of je het gesigneerd en met opdracht wilt ontvangen.

Een jaar lang verruilden Jasper van Kuijk, zijn vrouw Ems en hun drie zoons (Acht, Zes en Vier) de Delftse binnenstad voor het Zweedse platteland nabij Karlstad. Zweden: het land van Van Kuijks moeder, zijn bonusland. Ze zagen het als een kans om de Zweedse taal en cultuur beter te leren kennen en de drukte en dynamiek van het leven in de stad achter zich te laten.
Uiterst geestig en liefdevol beschrijft Van Kuijk wat zo’n emigratie behelst. De uitdaging om een heel leven te verplaatsen: het zoeken van een school en een huis, gedoe met autoriteiten als gemeente en belastingdienst, je plek en draai vinden in een gemeenschap. Het romantische idee van een ideaal land waar je wilde aardbeien kunt plukken en elanden in je tuin kunt zien lopen tegenover de realistische, soms minder rooskleurige werkelijkheid.

Festivals!

Om het theaterseizoen 2017-2018 lekker te beginnen is Jasper de komende weken te vinden op diverse festivals, van huiskamerfesitval tot Uitmarkt:

– Uitmarkt Amsterdam, zaterdag 25 augustus, 16:30, Comedy Theatertent (meer info)
– Wilhelmina Huiskamerfestival, vrijdag 1 september, 20:00, Amsterdam (meer info)
– Uit Festival Den Haag, zondag 3 september, 16:00, Theater Diligentia (meer info)
– Kort en Kleinkunstfestival, woensdag 6 september, 19:00 uur, Eemnes (meer info)
– Vijfhoek Huiskamerfestival, zondag 17 september, 14:30, Haarlem (meer info)

Dus sluit je zomer goed af en begin je theaterseizoen goed op een van deze festivals.

Televisieregistratie Schoon Schip

Op zaterdag 4 april zal in Schouwburg Kunstmin in Dordrecht een televisieregistratie worden gemaakt van Jasper’s huidige voorstelling Schoon Schip. De voorstelling zal worden uitgezonden door het digitale themakanaal NPO HumorTV. Kaarten voor de voorstelling zijn te bestellen bij Schouwburg Kunstmin.

In het onderstaande filmpje is te zien hoe Jasper de registratie aan het voorbereiden is.

Column in De Volkskrant

Sommigen van u was het wellicht al opgevallen: de wekelijkse ‘zondagcolumn’ waar ik enige tijd geleden aan begon is stilgevallen. Dit komt door ‘ontwikkelingen’ op de achtergrond: vanaf zaterdag 7 februari heb ik een wekelijkse column in De Volkskrant. In het weekendkatern Sir Edmund zal ik onder de titel Hoe moeilijk kan het zijn? (te) moeilijke producten op de pijnbank leggen. Door de voorbereidingen daarvoor lukte het niet langer om elke week een (echt goede) column online te zetten. Dat zal ik de komende tijd ook helaas even niet meer doen. Ik wil nu even al mijn energie richten op de 400 woorden die ik van De Volkskrant krijgt.

Wij geven nooit op. Nooit.

Het is de ochtend na de nacht. Ik probeer mijn zoontje van tweeëneenhalf uit te leggen wat er gisteren is gebeurd. “Het Nederlands elftal heeft gisteren verloren.” Hij denkt even na. “Oh. Maar ze hebben ook wel een beetje gewonnen toch?” Mijn eerste reactie is te zeggen dat dit het WK is en niet Henny Huisman’s Miniplaybackshow. Maar A: kent hij de Miniplaybackshow niet, en B: is het voordeel van kinderen van tweeëneenhalf dat ze de dingen vaak helderder zien dan kinderen van 38. ‘Ja,’ zeg ik, ‘Ik geloof het wel. Ze hebben ook een beetje gewonnen.’

Fanatieke voetbalanalisten, stopt u maar met lezen, want ik ben wat u wellicht terecht denigrerend noemt ‘een gelegenheidssupporter’. Ik voetbalde in mijn jeugd en keek op zondag met mijn vader naar Studio Sport. In een half uur zag je alles. Niet meer. Ik heb geen zin om mijn halve zondagavond op te offeren. En als Nederlandse teams in de Champion’s League speelden wilde ik nog wel eens kijken, maar om nou een legertje huurlingen met moeite de kwalificaties te zien overleven en ze dan te zien worstelen tegen een clubs met beter betaalde huurlingen en een miljard schuld bij de belastingdienst. Mwah.

Dat alles verandert bij mij als het Nederlands elftal speelt. Het mooie van landenvoetbal is dat je niks te kiezen hebt. Je kunt geen spelers kopen, hoogstens af en toe er eentje opportunistisch naturaliseren. En waar je in Deurne nog wel eens Ajaxfans vindt of in Lochem jochies met een Barcelonashirt zie je weinig Brazilianen die zeggen: “Ik ben niet voor Brazilië, ik ben voor Engeland.” Landenvoetbal is roeien met de riemen die je hebt om de eer van je land. En dan gaat het dus ergens over. En dat trekt mij, als het ergens over gaat. Dan zit ik in mijn retro ’74 Oranjeshirt op de bank, ik haal mijn voetbalkennis weer op, en ik schreeuw, raak gefrustreerd, juich.

Natuurlijk had ik graag een Nederlands elftal gezien dat wat vaker naar voren speelt in plaats van breed. Dat er wel in slaagt om een dichtgetimmerd middenveld te doorsnijden. Dat niet alleen niks weggeeft, maar ook iets meer binnen haalt. Maar god, wat ben ik van dit Nederlands elftal gaan houden. Meer dan van het team dat de finale tegen Spanje speelde. Toen keek ik met samengeknepen billen naar het schoffelwerk op het middenveld. Ik schaamde me een beetje. Iets wat je opzij zet als ze winnen, maar het zat me niet lekker. Ook dit WK werd er stevig verdedigd, maar het was – op de eerste twintig minuten tegen Spanje na – niet goor. Nederland heeft gisteren een halve finale verloren, maar mij volledig voor zich gewonnen. En volgens mij meer Nederlanders.

Zit er schoonheid in wilskracht? Ja. En als je mij niet gelooft, dan luister je wellicht naar The Guardian. ‘They were nerveless at the end of a match when a remorseless, relentless Arjen Robben had driven his side to do everything but score against a defiant Costa Rica side. But there was beauty and organisation in their determination…

Ik hou van de rushes van Robben. Van de meesterlijke goals van Van Persie, Depay en Fer. Van die veredelde eredivisieverdediging onder leiding van een Ron Vlaar die een nieuwe Jaap Stam bleek. Van hoe Messi geen poot aan de grond kreeg. Van de briljante ingevingen van Van Gaal. Ik hou van een Robben die in de pauze van de verlenging tegen Costa Rica het team toespreekt. Van de wil om te winnen. Van dat verwoestende schot van Sneijder. Van de bezieling. Van hoe Kuyt na de gewonnen penalty’s tegen Costa Rica in de camera schreeuwt: “Wij geven nooit op. Nooit.” Kippenvel. Dát is mijn Oranje.

Hallo generatie met frustraties over ’74 en ’78, het is klaar met het gezeik. Jullie hebben je Oranje gehad, nu is het tijd voor ons Oranje. Voor een Oranje dat – in welk systeem ze ook spelen – altijd alles geeft. En daar blijven jullie met je poten vanaf. Nu komt het gezeik natuurlijk weer, want ze hebben verloren. Terug naar je fort van cynisme, opportunisten en betweters. Want hoe dichtbij waren ze? Scheelde niks of tegen Costa Rica legt Sneijder er wel eentje in. Geen verlenging, geen penalty’s. Als. Als. Dat gaan we niet doen.

Na de verloren finale van 2010 zag ik de enige goeie verlies-inhaker die ooit gemaakt is. Een spot van Nike. ‘We kwamen zo dichtbij, om een ding te leren: als je alles geeft, verlies je niets.’ Het raakte me omdat het precies verwoordde hoe ik me toen voelde. Precies de juiste toon. Nike liet zien hoe ook een reclamespot mooi kan zijn. Ik heb het uiteindelijk verwerkt in mijn eerste voorstelling. Het werd mijn motto: ‘Als je alles geeft, verlies je niets.’ Wesley Sneijder zei het ook toen Oranje eruit vloog op het afgelopen EK. ‘We hebben alles gegeven.’ Toen was het niet waar. Nu wel.

Wat ik ga doen is mijn Oranjeshirt van gisteravond, dat verfrommeld in de hoek ligt, oppakken en het aantrekken. Want wij geven nooit op. Nooit.

Jasper krijgt Stijgend Applaus Stipendium

Jasper van Kuijk ontvangt een van de twee Stijgend Applaus Stipendia die dit jaar worden uitgereikt door de Stichting Blijvend Applaus. Een Stijgend Applaus Stipendium bedraagt € 7.500. Jasper zal dit stipendium inzetten om een liedvoorstelling te ontwikkelen getiteld ‘De regels zijn als volgt’ die hij samen met een band in mei 2015 in een beperkt aantal kleine zalen zal uitvoeren (PePijn (Den Haag), Studio De Bakkerij (R’dam), Rietveldtheater (Delft) en de Roode Bioscoop (A’dam)). De stipendia worden uitgereikt op donderdag 2 oktober 2014 tijdens de Cabarestafette in De Kleine Komedie in Amsterdam.

Stichting Blijvend Applaus wil met de Stijgend Applaus Stipendia jonge veelbelovende podium kunstenaars op het gebied van Cabaret en Kleinkunst financieel ondersteunen. Direct doel is om betere voorwaarden te scheppen waardoor de cabaretier zich nog beter kan ontplooien en de kwaliteit van een volgende productie kan verhogen: de gereedschapskist van de cabaretier wordt beter toegerust.

De jury van de VSCD Cabaretprijzen is door de stichting gevraagd om uit de voordrachten twee kandidaten te selecteren. Dit verzoek is met name ingegeven door het feit dat deze jury veel voorstellingen ziet, al jaren veel artiesten volgt en goed op de hoogte is van het wel en wee in cabaret- en kleinkunstland.

Centraal in de beoordeling staat het ingediende plan van de kandidaat waarin duidelijk wordt gemaakt hoe een nieuwe productie op een artistiek hoger plan wordt getild, wat voor middelen daarvoor nodig zijn en op welke termijn het een en ander wordt gerealiseerd. Het gaat dan bijvoorbeeld om zaken als honorarium dramaturg/regisseur/extra muzikant/componist, maar ook vormgeving decor, kostuums en lichtplan passen in dit stramien. Het talent van kandidaat moet bewezen zijn en het SAS dient de doorontwikkeling van het bestaande talent te stimuleren en te faciliteren. Daarbij moet er voldoende speelpotentie aanwezig zijn.

Mastodon