Den Helder

Als je verteld dat je bent opgegroeid in Den Helder kun je meestal rekenen op een meewarige blik. Alsof je anno 2018 nog steeds in een Lada rijdt en daar bovenop net de diagnose terminale cholera hebt gekregen.

“Joh, daar waait het toch altijd?”

“Altijd gedoe daar in de politiek of niet?”

“Was dat niet uitgeroepen tot de lelijkste plek van Nederland?”

“Dat zijn toch die cultuurbarbaren die geen museum van Rob Scholte wilden?”

Maar ja, je het is je thuisstad, dus voor je het weet sta je dan uit te leggen dat het er toch prima opgroeien was. Fijne school, hele zomervakanties op het strand, leuk uitgaan.

En ik zou ook nog kunnen zeggen dat ik sinds ik de stad heb verlaten eigenlijk alleen maar mooier heb zien worden. Dit – laten we eerlijk zijn – ondanks de bestuurlijke tyfuszooi die Den Helder al jaren plaagt. Elke keer als ik er terugkom – mijn vader woont er nog – is de stad weer een stukje mooier. Is ineens die oude klassieke watertoren ontdaan van de lelijke betonlaag, is het kale plein tegenover het station een parkje geworden en zijn winkelstraten opgeknapt.

Maar dat allemaal zeggen heeft weinig zin, want het beeld is al gevormd. Den Helder staat in het illustere rijtje Almere, Delfzijl, Venlo, Medellin en Bagdad. Van die steden waarvan iedereen al een beeld heeft van hoe erg het er wel niet zal zijn. Als Donald Trump Den Helder had gekend had hij het waarschijnlijk een shithole citygenoemd.

Onlangs raakte een verslaggever van Radio 1 in Den Helder verzeild voor een reportage over de transformatie van het Helderse centrum. “Er is wel een hoop te doen hier nog hè?” informeerde de reporter semineutraal. “Nou,” antwoorde de inwoner, “het gaat eigenlijk best wel goed.”

De reporter liet zich niet uit het veld slaan en volhardde in zijn negatieve insteek: “Ja, maar het beeld dat mensen van Den Helder is toch heel anders.”
“Nou, dat zijn dan mensen die hier al heel veel jaren niet zijn geweest, want het gaat goed en steeds beter. We krijgen zelfs andere steden op bezoek die komen kijken hoe wij het hier aanpakken.”

“Oh,” aldus een verbaasde reporter.

Laatst wilde een vriend van mij misschien met zijn familie naar een huisje in Callantsoog en appte mij: “Jasper, jij komt toch uit die hoek, heb je tips voor dingen die we kunnen doen?”

Dus ik stuurde hem wat dingen terug. Tourkanoën op de kanoroute, een bezoekje aan het oude Napoleontische Fort Kijkduin, wandelen door de Donkere Duinen en de Grafelijkheidsduinen, Het Marinemuseum inclusief droogliggende onderzeeboot en verhalen van oud bemanningsleden, Het Reddingmuseum – 2e prijs in de verkiezing leukste uitje van Noord-Holland, fietsen door de duinen met uitzicht op de bollenvelden, even een dagje oversteken naar Texel, een bezoekje aan de prachtige nieuwe schouwburg en daarvoor uit eten bij een van de tentjes op de Oude Rijkswerf. En uiteraard de heerlijke uitgestrekte stranden waar je zelfs op een loeihete zomerdag nog rustig kan liggen.

“Oh,” aldus een verbaasde vriend van mij.

En plotseling realiseerde ik me wat ik aan het doen was.

Den Helder is nu nog mijn geheime bestemming, waar ik een paar keer per jaar in alle rust kan terugkeren. Maar als de rest van Nederland dit ook doorkrijgt is dat natuurlijk afgelopen. Dan is het strand hier straks net zo’n drukke kermis als in Scheveningen en voor je het weet moet je je entréekaartje voor het Reddingmuseum vooruit reserveren in plaats van gewoon lekker binnen te banjeren.

Dus, Heldenaren, Nieuwediepers, jutters en import: stop in godsnaam met het rechtzetten van dat beeld dat mensen hebben. Straks kantelt het imago van de stad en dan is die oase van groen, zon, wind en rust zo naar de klote.

Geachte lezers van buiten Den Helder: blijf weg uit Den Helder. Het is er precies zoals u denkt en alles wat u leest in de krant of hoort op de radio is waar. De mensen zijn ontevreden en stug, politiek gezien is het een rotzooi en het stadhuis lekt. De werkeloosheid is hoog en het IQ laag. Er zijn hier geenweidse stranden, er zijn hier geenleuke restaurantjes, het theater is verschrikkelijk, ik bedoel, ze hebben zelfs ene Jasper van Kuijk staan. En die wind mensen, echt die wind, op Texel is die lekker fris, maar hier in Den Helder is het is geen uitwaaien meer, al je weke delen waaien gewoon van je skelet.

Dus: kom niet hierheen, blijf weg. Gelóóf al die verhalen die u hoort.

Tenslotte nog een oproep aan het gemeentebestuur: verander – voor het te laat is – die nog best wel gelukte citymarketingslogan ‘Den Helder kust de zee’ in iets met minder aantrekkingskracht. Ik zat te denken aan: “Den Helder: blijf weg mensen, blijf hier in godsnaam weg.”

Delen:
Mastodon