Van de plank

De NS heeft er spijt van dat ze met de Fyra een volledig nieuwe trein hebben laten ontwikkelen. Waarnemend topman Robbe liet de enquêtecommissie weten dat de NS treinen voortaan alleen nog ‘off the shelf’ koopt, om herhaling van een financieel- en planningstechnisch drama à la Fyra te voorkomen. Dan gaat de NS vast ook nooit meer een topman aanstellen, want de laatste heeft tenslotte gefaald.

Ligt er een product op de plank dat aan je eisen voldoet: kopen. Maar openbaar vervoer verschilt nogal van land tot land, wat betreft de technische eisen, maar ook qua gebruik. Als je een product wilt dat voor jouw gebruikscontext de juiste ervaring biedt, moet er vaak iets nieuws worden ontwikkeld.

Aan het op maat ontwikkelen van een complex product zijn wel bepaalde voorwaarden verbonden. En die voorwaarden kennen ze bij de NS, want het bedrijf heeft zelf een schoolvoorbeeld laten zien bij de ontwikkeling van het interregiomaterieel (de snel uitziende dubbeldekker met de geknikte buitenwand).

De ontwikkeling van deze trein werd geleid door de NS zelf. Al in een vroege fase werden allerlei afdelingen, van onderhoud tot schoonmaak, betrokken: ‘Hoe kan dit beter, hoe lossen we dit op?’ Ook leveranciers praatten mee. Toen het ontwerp moest worden uitgewerkt, zaten ontwerpers en ingenieurs van de NS een half jaar in Aken, bij de producent, zodat de communicatie sneller en beter ging. Waar eerdere treinen werden ontwikkeld in vijf jaar deed de NS het in dit geval, samen met toeleveranciers, in iets meer dan drie. Het eindresultaat werd erkend als ‘Goed Industrieel Ontwerp’.

De afgelopen jaren zie je steeds meer bedrijven het ontwerpende werken (design thinking) omarmen en hun producten ontwikkelen via co-creatie – producten realiseren met meerdere partijen die elk hun expertise inbrengen. De NS liep hier 25 jaar geleden in voorop, maar schakelde bij de Fyra over op een puur financieel en juridisch gedreven manier van werken.

De aanbesteding werd geleid door een financiële dochteronderneming, de laagste bieder werd geselecteerd, een (onmogelijk) eisenpakket werd over de schutting gegooid en als die Italianen een probleem hadden, was dat hun probleem. Maar als jouw leverancier een probleem heeft, heb jij een probleem. En daarmee je klant.

Het is niet óf van de plank kopen en binnen budget en op tijd, óf nieuw laten ontwikkelen en dus te laat en te duur. Je hebt ook nog zoiets als een productontwikkelingstraject dat je fatsoenlijk uitvoert.

Deze column verscheen in De Volkskrant van 20 juni 2015.

Foto: Kuknauf

Delen:
Mastodon