‘Ingenieurs van Volkswagen hebben de software van de auto zo ingesteld dat de auto’s minder schadelijke stoffen uitstoten in een uitlaatgastest.’ En de chauvinist-ingenieur in mij denkt dan: ja, ho eens, nou hebben de ingenieurs het zeker weer gedaan. Ja, natuurlijk hebben de ingenieurs het gedaan. Complexe software voor auto’s wordt nu eenmaal zelden in elkaar gesleuteld door een accountant, afdelingsmanager of koffiejuffrouw. Dus, ja, de ingenieurs hebben het gedaan.
Maar zijn ze ook verantwoordelijk, Ja, het was een ingenieur die de software installeerde of maakte, maar een manager gaf de opdracht. Het hogere management stelde onrealistische doelen en die verleiden een organisatie nu eenmaal tot pervers gedrag. En EU-ambtenaren wisten al sinds 2008 dat de resultaten van emissie-testen bij lange na niet overeenkwamen met de uitstoot in de praktijk. Dus, ja misschien was de ingenieur de uitvoerde, maar hij was niet verantwoordelijk. Toch?
Om eerlijk te zijn ken ik genoeg ingenieurs die prima dit soort sjoemelsoftware hadden kunnen maken. lk deel ze voor het gemak even in in drie typen.
Type ‘Befehl ist befehl’. Entschuldigen für den beina-Godwin, maar hij is te passend om niet te gebruiken. Je hebt ze, die ingenieurs die zichzelf beschouwen als een radertje, als een instrument dat je goed of niet goed in kunt zeilen. Geef ze een opdracht en zij zorgen dat het goed komt. Ze zijn goed in hun werk en daar zijn ze trots op ook. Maar vraag ze niet waarom ze iets doen en of het wel klopt.
Type ‘Laat mij maar’: het ingenieursequivalent van de rogue trader, mensen als Nick Leeson die zijn bank Barings aan de rand van de afgrond bracht, omdat ie achter de schermen op eigen houtje aan het rommelen was. Dit alles voor de bank uiteraard. En niemand stelde vragen, zolang de resultaten maar goed waren. Zo zijn er ook ingenieurs.
Type ‘Game on’: alles is een uitdaging, een spel. Hoe groter het probleem, hoe leuker de uitdaging. Al helemaal als er een externe partij is die ‘ons’ dwars zit. In het geval van Volkswagen kun je je een spel voorstellen met de Amerikaanse milieuwaakhond EPA als tegenstander.
In een reconstructie van de Volkskrant kwam het beeld naar voren dat het geen ‘rogue engineer’ is geweest. Management lijkt op de hoogte te zijn geweest. Zo stapte in 2011 een ingenieur naar zijn baas, omdat hij opvallende verschillen had gevonden in de test- en praktijkuitstoot, maar daar werd niks mee gedaan. Dat is het soort ingenieur waar ik op hoop. De vraag is of de beste man z’n baan heeft behouden. En of je zijn collega’s die niets hebben gezegd, echt iets kunt verwijten. Dat geldt misschien ook voor de mensen die de software hebben gebouwd.
Maar dat betekent nog niet dat het klopt. De Amerikaanse president Truman had op zijn bureau een bordje staan: ‘The buck stops here.’ De ultieme verantwoordelijkheid lag uiteindelijk bij hem. Eigenlijk zou elke ingenieur moeten denken: ‘The buck also stops here.’
Column in De Ingenieur 11, november 2015